Alpine publiceerde recent een document genaamd Alpine on the rise in 2021, waarin het Franse luxeautoconcern haar jaarcijfers voor 2021 naar de buitenwereld communiceerde. Eind 2020 onthulde Renault haar lange termijnplan, de ‘Renaulution’. Dit was een strategisch plan waarin het aangaf haar Formule 1-team te hernoemen. Waar Renault sinds halverwege vorig decennium aan de koningsklasse deelnam onder de naam Renault, zouden ze dat vanaf 2021 doen onder de naam Alpine. De reden voor de naamsverandering was duidelijk: Alpine, de sportieve tak van Renault, op de kaart zetten.

Er zullen immers autosportliefhebbers zijn bij wie het merk Alpine tot aan de naamsverandering begin 2021 wel een belletje deed rinkelen, maar die geen idee hadden van de grootte van het merk en wat er precies te halen viel bij de Franse autofabrikant. Met de naamswijziging heeft Renault in één klap een hoop exposure geboden aan haar sportwagen-tak. In theorie een solide plan van CEO Luca de Meo, maar hoe werkt het in de praktijk? Net zo goed, blijkt na het inzien van de jaarcijfers van 2021. Alpine noteert namelijk een enorme groei in verkoopcijfers van haar sportauto’s. Het vormt een goede voorbode voor Stroll, die met Aston Martin exact hetzelfde poogt.

Alpine is sinds haar ‘deelname’ aan de sport (deelname wordt hier gegeven tussen haakjes omdat het in essentie nog steeds het Renault-team is dat deelneemt onder een andere naam) bezig om haar marktaandeel te vergroten in de sportauto-industrie. Dit is volgens de cijfers van 2021 gelukt. In het eerste jaar sinds Renault de Renaulution aankondigde heeft Alpine een groei in verkoopvolume geregistreerd van 74 procent. Dit betekent dat ze van jaar op jaar dus bijna een verdubbeling in de autoverkoop ervaren hebben, met in totaal 2659 verkochte exemplaren.

‘Het Franse merk is een ambitieus strategisch plan aan het uitrollen gebaseerd op grote activiteit en een unieke betrokkenheid bij motorsport’, wordt genoemd als één van de grootste punten die op te maken zijn uit de cijfers. Niet alleen in de F1 timmert Alpine aan de weg, ook neemt het bijvoorbeeld deel aan de WEC, en vecht het jaarlijks mee om de eindzege in de 24 uur van Le Mans, waar het bolides rond heeft rijden in de Hypercar-klasse. Middels diverse kanalen probeert het haar merknaam kenbaar te maken bij een wijd publiek, en dat heeft geresulteerd in record groeicijfers.

Als Frans automerk is Frankrijk uiteraard de grootste afzetmarkt van het merk. In alleen Frankrijk al is de groei van de naamsbekendheid van het merk significant. Alpine verkocht er 117 procent meer bolides dan in 2020 – meer dan een verdubbeling dus. Andere afzetmarkten waarop het merk veel progressie heeft geboekt zijn Polen (groei van 105 procent), Spanje (groei van 135 procent), Italië (groei van 79 procent) en het Verenigd Koninkrijk (groei van 92 procent). Dit zijn allen landen die, met deelname aan de F1 van Fernando Alonso, Carlos Sainz, Alfa Romeo, Ferrari, het Poolse PKN Orlen (als sponsor bij Alfa Romeo via Robert Kubica) en de talloze Britse coureurs en teams veel meekrijgen van de heropleving die het automerk doormaakt.

Alpine-CEO Laurent Rossi in het persbericht: ‘Dit jaar heeft Alpine haar vastberadenheid en toewijding gedemonstreerd richting het bereiken van een nieuw momentum voor het merk. Dit is terug te vinden in de uitstekende verkoopcijfers en de groei daarin. We hebben grootse plannen voor de toekomst en de internationale ontwikkeling van het merk, gebaseerd op onze unieke toewijding richting motorsport. Alpine is er klaar voor om nieuwe pieken te bereiken!’ Dat momentum waar de leider van de sportieve tak van Renault het over heeft, heeft Alpine in één jaar al in gang weten te brengen.

Dat momentum komt logischerwijs deels vanwege de prestaties op het circuit van Alonso en Esteban Ocon, niet geheel toevallig een Fransman. In het eerste jaar dat het merk officieel deelnam aan de sport wisten ze meteen een Grand Prix te winnen in Hongarije, terwijl de ervaren Alonso het podium wist te bereiken met een derde plaats in Qatar. Die overwinning maakte met name in Frankrijk veel los, met de naam van Alpine in koeienletters op de voorpagina van het alom bekende L’Equipe. Zo zet je een merk op de kaart, en zo’n vertoning van kundigheid – het is immers knap lastig een F1-race te winnen – wordt door de Franse consument beloond.

Het bruggetje naar Stroll is snel gemaakt. De Canadees kocht een minderheidsbelang in Aston Martin en bond daar Racing Point aan vast. In essentie wil hij op eigen kracht exact doen wat Renault in 2021 gelukt is. Waarom wil het bij Stroll nog niet lopen? De verklaring is tweedelig. Ten eerste heeft Aston Martin de vorm niet. Sebastian Vettel behaalde tweemaal het podium, maar je hebt een overwinning nodig als debuterend team om jezelf écht te etaleren. Dit lukte de Britse renstal niet, en een zevende eindklassering is voor iemand met de ambities van Stroll sr. echt veel te laag. Daar moet verandering in komen.

Daarnaast zit Aston Martin momenteel met vertraging in de levering van haar Valkyrie hypercar. Ook is gebleken dat de vraag naar de Valkyrie Spider twee keer zo hoog lag als in eerste instantie geschat door het bedrijf. Ook bij Aston Martin groeide de verkoop, wordt gesteld bij Autocar, met een groei van 82 procent over 2021, tot een totaal aantal verkochte bolides van 6182. Door de vertraging in de productie, en dus levering, van de auto's blijven de financiële resultaten echter achter. Bijna de helft van deze verkochte auto’s bestaat uit de DBX SUVs, en betreft dus in zekere zin geen sportauto’s. Het gaat met Aston Martin aardig, maar operationeel loopt het nog niet op rolletjes. Bij Alpine lijkt men dit beter voor elkaar te hebben.

Wel bieden de cijfers van Alpine houvast voor de verdere potentie van het Britse automerk. Als de verkoopcijfers nu al goed zijn, beeld je dan eens in wat er in Groot-Brittannië zou gebeuren wanneer de renstal uit Silverstone haar eerste overwinning binnenhaalt? Stroll heeft zijn Formule 1-project opgezet met als einddoel het opbouwen van Aston Martin, en het vervullen van zijn autosportwens om een eigen team te beheren. Ferrari was al een schoolvoorbeeld van dat de sport gebruikt kan worden als medium om expertise te tonen, en auto’s van hoge kwaliteit te verkopen. De zaak van Alpine bevestigt deze theorie alleen nog maar. De visie van Stroll is dus zeker haalbaar, mits hij zijn raceteam aan de praat krijgt en de operationele kreukels gladstrijkt.