Terwijl allerlei concurrenten op organisatorisch gebied aan de weg timmeren, blijft het bij Alfa Romeo Racing rustig. Frederic Vasseur
heeft er nog steeds de touwtjes in handen, en lijkt vertrouwen te hebben in een
succesvol 2022-seizoen. In 2021 wist de renstal uit Hinswil niet te imponeren,
maar het leek er bij vlagen op alsof dat ook helemaal de bedoeling niet was.
Met Kimi Raikkonen en Antonio Giovinazzi kachelde het team door, zoals het in
de laatste paar jaar van het hybridetijdperk eigenlijk gedaan heeft. Wordt het
aankomende seizoen dan het jaar dan de langverwachte heropleving? Als het aan de teambaas ligt wel. Laten we eerlijk zijn, die comeback heeft Alfa Romeo langzamerhand hard nodig. Hoe
vervelend het ook klinkt, het team fungeert al enige tijd als veldvulling aan
de achterkant van de grid. In 2019 was een achtste plaats mogelijk in het WK, in 2020
ook. Toen Williams in 2021 echter een beetje snelheid vond, was dat meteen
voldoende om Alfa Romeo te passeren. Sommige weekenden leek het materiaal er te
zijn voor punten, maar vaak liet het team kansen liggen. Dit had meer dan eens
te maken met het feit dat Raikkonen en Giovinazzi niet deden wat van ze
verwacht en/of gevraagd werd.
De samenwerking tussen Raikkonen en Giovinazzi toonde tegen het einde van 2021 haarscheurtjes. Voor 2022 worden beide coureurs vervangen. (Foto: Alfa Romeo Racing)
Alfa Romeo kan
voordeel halen uit budgetplafond
P9 is dus de eindklassering waar Alfa Romeo van op moet
krabbelen, willen ze het in 2022 beter doen. Dat wordt geen makkelijke opgave,
maar voor het team van Vasseur is er licht aan het einde van de tunnel. Na een
financieel zwaar 2020 gingen de teams in 2021 het seizoen in met een
budgetplafond. In 2022 komen de renstallen echter voor het eerst in actie met
bolides die ook daadwerkelijk ontwikkeld zijn met een beperkt budget. Voor de grootste
renstallen (lees:
Mercedes, Red Bull
Racing en Ferrari) vormt dit een significant nadeel, voor teams als Alpine en
McLaren een minder groot nadeel, en voor de kleine renstallen, zoals Alfa
Romeo, zelfs een relatief voordeel.
Relatief is in deze beargumentering het sleutelwoord. Alfa Romeo
opereert al jaren met een budget dat ongeveer gelijk is aan waar het
budgetplafond van 2022 op gesteld is – 140 miljoen dollar (circa 123 miljoen
euro, red.). Geen besparingen op personeelskosten, R&D en andere uitgaven,
dus. Er verandert voor Alfa Romeo vrijwel niets met de ingang van het
budgetplafond, terwijl concurrenten uitgaven terug moeten schroeven. De
efficiëntie waar het team mee werkt, kan een belangrijke rol gaan spelen en een
relatief concurrentievermogen bieden ten opzichte van de topspelers. Maar is
het voldoende?
De stap naar de top van de grid is immers heel erg groot.
Alfa Romeo moet het meer zoeken op het middenveld, en hoopt daar in 2022 te
strijden tegen teams als Alpine, Aston Martin en AlphaTauri. Deze kleinere
teams hebben logischerwijs minder last van het budgetplafond dan de topteams.
Het budgetplafond werkt dus nivellerend, maar ook voor Alfa’s directe concurrenten.
Omdat de topteams dichterbij zullen liggen, zullen punten in theorie vaker voor
het oprapen moeten liggen. Het lijkt voor Alfa Romeo dan ook vooral zaak om in
2022 te zorgen dat die mogelijkheden omgezet worden in resultaten.
Alfa Romeo profiteert
van Ferrari
Nog een feit dat in het voordeel spreekt van Alfa Romeo in
2022 is dat Ferrari na twee jaar onderpresteren de peper weer in de reet heeft.
In 2019 bleek de Italiaanse renstal op motorvermogen ernstig tekort te komen en
in Maranello werden de ingenieurs aan het werk gezet. Twee jaar later heeft dit
geleid tot een krachtbron die goed mee kan doen met de dominante leveranciers
in de
F1, Mercedes en Honda. De berichten vanuit Italië voor 2022 zijn veelbelovend.
Qua vermogen lijkt Ferrari tegen de top van het veld aan te zitten en Alfa
Romeo plukt daar ook de vruchten van.
Ze nemen namelijk al een tijdje onderdelen af bij Ferrari,
en blijven dit de komende jaren doen. De krachtbron valt onder deze deal.
Wanneer Ferrari dus met een versterkt motorblok aankomt, zal de rechtelijnsnelheid
van de Alfa Romeo ook omhoog schieten. Wederom moet hier rekening gehouden worden met de directe concurrenten, en het
feit dat de motorleveranciers van deze directe concurrenten ook niet stil
zitten, maar beter dan in 2019 en 2020 zal het dus zeker worden op vermogen. De cijfers ondersteunen deze hypothese: de afgelopen
drie jaar lijkt het vooral op vermogensintensieve circuits moeizaam te gaan,
wat het voordeel van een goede motor alleen nog maar groter maakt.
Er is over 2019, 2020 en 2021 in 29 weekenden gescoord door
Alfa Romeo. Twaalf keer, dus ongeveer 43 procent van de momenten dat gescoord
werd, lukte dit op een circuit waarop downforce van belang is, met Baku Street Circuit
(al valt te beargumenteren dat aerodynamische efficiëntie ook van belang is)
als grootste uitschieter, met punten in Azerbeidzjan in 2019 en 2021. Zo’n
circuit lijkt Alfa Romeo dus goed te liggen.
Wanneer downforce gewenst is, scoort Alfa Romeo vaker. 57
procent van de momenten dat gescoord werd, werd dit gedaan op circuits waarop
veel downforce cruciaal was. Denk maar eens aan de dubbele score op de Red Bull
Ring in 2019, het jaar daarop werd er wederom gescoord. Ook op Interlagos
behaalde Alfa Romeo in 2020 dubbele punten. Er zijn meer voorbeelden (Hungaroring
2019 en Monaco 2021) van Alfa dat goed presteert als veel downforce ertoe doet.
De aerodynamische afdeling lijkt haar zaakjes dus prima op orde te hebben. Een
krachttoename zou het concurrentievermogen van de renstal dus flink op kunnen
drijven.
Het probleem lijkt bij Alfa Romeo niet zozeer bij de aerodynamische afdeling te liggen. Dat belooft wat voor de nieuwe reglementen. (Foto: Alfa Romeo Racing)
Ervaring bij Bottas,
potentie bij Zhou?
Alfa Romeo gooide het roer wat het rijdersduo betreft volledig om. De ervaren Raikkonen en Giovinazzi werden bedankt voor bewezen
diensten. Twee nieuwe coureurs werden aangetrokken, waarvan de eerste een rijke
Formule 1-carrière achter de rug heeft, met veel podia en de nodige
overwinningen. Het team gaat aan de slag met een coureur die weet wat er voor
nodig is om wedstrijden te winnen. Bij het kleinere Williams deed
Valtteri Bottas het, vóór zijn Mercedes-termijn, zeer verdienstelijk. Het vertrouwen in de nieuwe
aanwinst is dus goed onderbouwd. Naast Bottas neemt de uit F2 komende
Guanyu Zhou plaats.
Bij Alfa Romeo wordt verwacht dat Bottas het overtuigend wint van Zhou. (Foto: Alfa Romeo Racing)
Wij vroegen het elfkoppige F1Maximaal-panel, bestaande uit
redacteuren en leidinggevenden, om hun licht te schijnen op het nieuwe
coureursduo van Alfa Romeo en te bepalen wie er aan het langste eind zal
trekken. Nieuwkomer Zhou heeft weliswaar race-overwinningen in de F2 op zijn
naam staan, maar er wordt niet verwacht dat hij potten kan breken in zijn
eerste jaar in de F1. Terrence Riepma legt uit waarom: ‘Bottas
verslaat Zhou dit jaar en wel om de simpele reden dat de Fin de ervaren kracht
binnen het team is. Ik verwacht eerlijk gezegd best veel van hem, gezien hij nu
de leider van het team zal zijn en niet in de schaduw en in dienst van Lewis
Hamilton hoeft te rijden.’
‘Bij Williams vond ik Bottas al erg goed
in die vrije rol. Hij wist die auto toch telkens hoger te krijgen dan
waar die eigenlijk hoorde. En dat terwijl Williams sinds 2016 telkens weer
achteruit ging in de pikorde. Alfa Romeo heeft met Bottas dan ook de juiste man
binnengehaald, gezien zijn ervaring over het algemeen en ervaring in de top.
Hij brengt immers ook de nodige kennis van Mercedes mee en die zal ongetwijfeld
goed worden ontvangen bij Alfa Romeo.’
‘Van Zhou vind ik het nog lastig om te
voorspellen wat we van hem moeten verwachten. In de Formule 2 vocht hij voor de
titel, maar kwam hij ook telkens tekort. Dat telkens tekortkomen om écht de
aansluiting te vinden is dan denk ik ook wat eveneens doorslaggevend zal zijn
in het duel met Bottas, losstaand van de ervaring van zijn teamgenoot. De
auto’s zullen Zhou wel liggen. Mattia Binotto zei al dat de nieuwe bolides een
beetje lijken op Formule 2-auto’s en daar zit wel wat in. Beide bolides gaan uit van
het grondeffect en de aerodynamica óp de auto is vrij simpel. Daarnaast hebben
beide auto’s ook de 18 inch-banden en dat is voor het grootste deel van de
Formule 1-coureurs onbekend terrein. Zhou heeft er nu twee jaar mee gereden, al
zal er natuurlijk verschil zijn tussen de F2- en F1-banden. Wat dat betreft
geloof ik niet dat de Chinees écht moeite krijgt om op gang te komen, maar zal
hij gewoon worden verslagen door verschil in klasse en ervaring.’
Verdrinkt
Alfa Romeo in de concurrentie?
Diverse wijzigingen voor aankomend seizoen
doen vermoeden dat er voor Alfa Romeo kansen liggen, maar de concurrentie wil
deze mogelijkheden uiteraard net zo goed uitbuiten. Een hogere eindklassering
is immers alleen mogelijk wanneer er een concurrent verschalkt kan worden. Uit
de meningen van het F1Maximaal-panel blijkt dat er weinig verwacht wordt van
het in Zwitserland gelokaliseerde team. Onder leiding van Bottas is de meerderheid
van de ondervraagden van mening dat het team zich lager gaat klasseren dan
in 2021. Een minderheid gaat voor een hogere eindklassering en één ondervraagde
stelt dat Alfa Romeo wederom op een P9 blijft haken.
De verwachtingen van het F1Maximaal-panel. (Foto's: Alfa Romeo Racing)
Ook Christian Moerman nam deel aan de
voorspellingsronde. Hij schat de kansen van Alfa Romeo mager in, en wel om de
volgende reden: ‘Elk team zal stappen zetten in 2022. De vraag is dan ook welk
team in staat is relatief aan de rest van de grid de grootste stappen te
zetten. Ik zie Alfa Romeo niet hoger dan P7 eindigen in 2022, wat betekent dat
de te overwegen concurrenten al zeer beperkt zijn. De huidige tegenstanders
zijn Williams en Haas. Ik denk dat Haas, dat in essentie dubbel investeert in
2022, best wat uit kan halen. Daarnaast verwacht ik dat Williams haar sterke
vorm van afgelopen jaar door zal zetten.’
‘Alfa Romeo kan rekenen op meer vermogen
van Ferrari, maar dat vormt ten opzichte van Haas geen voordeel – zij rijden
immers ook met Ferrari-kracht. Williams blijft vasthouden aan Mercedes-motoren
en zullen daarom op dat gebied ook geen nadeel ervaren. Ik ben niet enorm onder
de indruk van de aerodynamische afdeling van Alfa, ondanks dat ze het op downforce-intensieve circuits doorgaans oké doen. Het lijkt of ze in het ontwerp van de bolides altijd voor een gulden middenweg gaan en daarin nét niet genoeg slagen om een vol seizoen te kunnen concurreren.'
'Bovendien denk ik dat ze strategisch
en operationeel teveel fouten maken. Wat nog voor verrassingen kan zorgen is de komst van Bottas. Wellicht dat hij uit zijn periode bij Mercedes dusdanig veel kennis en inzicht meeneemt dat de ontwikkeling van de Alfa Romeo hoger ligt dan in het verleden, maar ook in Bottas heb ik niet bijzonder veel vertrouwen. Ik ga daarom voor Alfa Romeo als hekkensluiter
van 2022, met Haas er nipt voor. Jammer voor Bottas en Zhou, maar het kan niet
voor iedereen feest zijn.’
Ben jij het eens met de verwachting voor Alfa Romeo in 2022? Laat je reactie achter in de comments of praat mee op Twitter!
Door: Christian Moerman | Twitter: @ChristianMoerm1