Na een veelbelovende start eindigde het Grand Prix-weekend in Spanje alsnog met een domper voor het Haas F1 Team. Kevin Magnussen werd vijftiende, terwijl Romain Grosjean genoegen moest nemen met de rode lantaarn. Toch wil Haas-teambaas Guenther Steiner niet spreken van een dramatisch optreden. In de ogen van de geboren Italiaan is het zinloos om te blijven hameren op het negatieve. 'Het is te gemakkelijk om te zeggen of een weekend de beste of juist de slechtste was', begint Steiner. 'Wij weten dat we momenteel geen sterke auto hebben. We moeten momenten als deze dan ook met een korreltje zout nemen. De ene dag gaat het nu eenmaal beter dan de andere', stelt de teamleider, verwijzend naar de vijfde plaats van Grosjean in de tweede vrije training.
'Wat we moeten doen is onderzoeken hoe het kan dat we van vrijdag op zondag zoveel snelheid verloren. We reden op vrijdag namelijk echt goede rondetijden, ook in de longruns. Om dan twee dagen later in de race ineens twee seconden langzamer te zijn, is heel merkwaardig', zo wordt Steiner geciteerd door
Motorsport.com.
Verdwijnen 'kwalificatiemodus' kan Haas helpen
Ondanks de teleurstelling in Spanje laat Steiner het kopje niet hangen. Integendeel, met het vooruitzicht van het verdwijnen van de kwalificatiemodus, waarvan met name de Mercedes- en Renault-teams van profiteren, moeten de onderlinge verschillen kleiner worden. 'Bij de volgende race [de Grand Prix van België] zul je het verschil denk ik al zien', verwacht Steiner. 'Daardoor moet het veld weer iets dichter bij elkaar komen.'
'Verder is er weinig dat wij als team kunnen doen. Zoals altijd zullen we proberen om de beste afstelling te vinden voor de auto's van onze coureurs. Hopelijk kunnen we gaandeweg de auto de juiste richting in ontwikkelen, zodat we in de nabije toekomst competitiever kunnen zijn', besluit de teambaas van de enige Amerikaanse renstal in de F1. (Foto: Haas F1 Media)