Alpine verliest met Prost misschien wel de meest prominente figuur binnen de organisatie. De viervoudig wereldkampion draait al jaren mee in de koningsklasse van de autosport en heeft veel verstand van zaken. Onder leiding van de nieuwe Alpine-CEO, Laurent Rossi, had de Franse F1-legende echter niet het idee dat hij gerespecteerd werd – zijn collega begroette hem niet eens wanneer ze elkaar tegenkwamen op het circuit, gaf hij vrij bij L’Equipe.

‘Rossi wil graag alles zelf doen en door niemand gestoord worden. Hij vertelde mij in Qatar zelfs dat hij eigenlijk geen advies wilde’, stelde Prost ontdaan. Zo werkte Rossi zijn ervaren adviseur dus het team uit, wat betekent dat Alpine zonder de politieke sterkhouder aan het 2022-seizoen begint. Hoeveel invloed hij werkelijk uitoefende op het team, weten we natuurlijk niet, maar wanneer je binnen het team kalmte wil bewaren, dan werkt zo’n vertrek van een grote naam in de sport zeker niet mee.

Daar hield de Franse equipe het op organisatorisch vlak echter niet bij voorafgaand aan 2022. Nog voordat Prost met tegenzin vertrok, verloor Budkowski namelijk ook al zijn positie binnen het team. De technicus, die in de paddock ook wel bekend staat als de Poolse Adrian Newey, mag een jaartje gaan tuinieren, maar waarom Alpine geen ruimte meer had voor hem, is nog steeds niet duidelijk. Vermoedelijk om ruimte te maken voor de bij Aston Martin vertrokken Otmar Szafnauer, maar de Amerikaan, van Roemeense komaf, zou daar niet exact de rol van Budkowski vervullen.

Budkowski is namelijk, zoals al eerder vermeld, een ware technicus. Szafnauer is meer een besturende kracht. Het is geen logische keuze om Budkowski dus te vervangen door Szafnauer, maar wellicht dat men intern een optie heeft gevonden die beter binnen het toekomstbeeld van het team past en de technische tak op zich zal nemen. Met de komst van Szafnauer zou Alpine wel eindelijk de teambaas hebben die het eigenlijk al mist sinds het vertrek van Cyril Abiteboul in 2020. Wederom blijkt het dus rommelig aan de top van de renstal.

Genoeg over de organisatie, laten we eens een blik werpen op wat we op het asfalt gaan zien. De A522 ziet op 21 februari voor het eerst het daglicht, twee dagen vóór de wintertests in Barcelona dus. Op aerodynamisch gebied is het nog niet echt te zeggen wat ons te wachten staat. Wel weten we dat Fernando Alonso gretig gewerkt heeft aan de ontwikkeling van het 2022-materiaal. Dat kan voor Alpine een veelbelovend signaal zijn, met de Spanjaard hebben ze momenteel immers de meest ervaren man van de grid in huis.

Op motorisch gebied horen we wisselende verhalen over Alpine. In het Spaanse autosportmedium AS werd gesuggereerd dat Renault een bom van een motor aan het bouwen is voor haar team. De recent vertrokken Prost bood de media echter een afscheidscadeautje dat deze vermoedens tegenspreekt: ‘Renault kent een probleem met de betrouwbaarheid van de motor. Tijdens de simulaties op de testbank ontdekte het team daarnaast dat het motorblok nog niet op het gewenste niveau presteerde.’

Fernando Alonso is back! Na een tweejarige sabbatical begon het weer te kriebelen en voegde hij zich weer bij de Formule 1-grid. Dat hebben de heren geweten ook. Denk maar eens aan de magistrale verdedigende acties tegen Lewis Hamilton in Hongarije, of de derde plek die hij wist te bereiken in Qatar met een beetje geluk, en een knap staaltje bandenmanagement. De Asturiër is een van de redenen dat Alpine in 2021 die vijfde plaats in het constructeurskampioenschap heeft weten te behalen, en er zit meer aan te komen.

Alonso kwam namelijk terug naar de grid vanwege een lonkende derde Formule 1-wereldtitel. Die wil hij behalen na de reglementswijziging, hopende dat deze wijzigingen het veld dusdanig opschudden dat een titelstrijd met Alpine mogelijk is. Of de droom uitkomt, is nog maar de vraag, maar je weet wel dat wanneer Alonso het materiaal heeft, hij er alles uithaalt. Volgens verhalen stond hij op 1 januari 2021 op de stoep van de fabriek in Enstone om de eerste hoekstenen van het 2022-project te leggen. Het toont een ambitie die we eigenlijk zijn hele Formule 1-càrriere van hem gewend zijn.

Uiteraard kan Alpine volgend jaar ook rekenen op de stuurkunsten van nog een coureur, en niet zomaar eentje. Esteban Ocon draait namelijk ook al enkele jaren mee in de sport, en won in 2021 zijn eerste Grand Prix. Voldoende reden om enthousiast te zijn over de kansen van de Fransman ten opzichte van zijn ervaren teamgenoot? Niet als je het aan het elfkoppige panel van leidinggevenden en redacteuren van F1Maximaal.nl vraagt. Er wordt unaniem verwacht dat het Alonso is die in 2022 aan het langste eind gaat trekken in de onderlinge strijd, ondanks dat Ocon in 2021 met vlagen ook briljante prestaties neerzette.

Mike van Weert legt uit wat hij van Alonso verwacht en waarom het Ocon in 2022 wederom niet lukt om zijn teamgenoot te verschalken, al was het gat in het afgelopen seizoen slechts zeven punten: ‘Bij Alpine zal het wat meer nek-aan-nek zijn dan bij de rest, maar ik denk dat de ervaring van Alonso doorslaggevend is. Alonso is, ondanks zijn leeftijd, nog steeds één van de top-vijf coureurs van de huidige grid. Ocon zal dat niet gaan evenaren. Als alles op rolletjes loopt bij Alpine dan kan Alonso een fenomenaal seizoen gaan rijden, terwijl Ocon niet verder zal komen dan een redelijk goed seizoen.’

‘Daarmee wordt hij een beetje de Bottas van Alpine. Gewoon goed, maar niet uitzonderlijk. Tegen Alonso is meer nodig’, is Van Weert van mening. In 2022 zal aanpassingsvermogen doorslaggevend zijn, en de vraag is welke van de coureurs er meer van heeft. Hoofdredacteur Christian Moerman kiest in de onderlinge strijd tussen de Alpine-rijders tevens voor Alonso: ‘Ik denk dat Alonso wegens zijn leeftijd dat aanpassingsvermogen wel minder heeft, maar aan de rauwe snelheid van de Spanjaard valt voor de meeste coureurs van de huidige grid niet te tippen. Niets ten nadele van Ocon, maar in Alonso heb je nou eenmaal een teamgenoot die je in theorie geen punt cadeau doet, al is dat op basis van Hongarije 2021 in de praktijk niet helemaal waar gebleken.’

In 2022 hoopt Alpine te vechten in de voorhoede, en dat is een flinke stap vergeleken met wat ze in 2021 deden. Vorig jaar reed het team namelijk niet elk weekend in de punten, en waren directe concurrenten Ferrari en McLaren een maatje te groot voor ze. Houden ze in 2022 die vijfde plaats vast? De meningen hierover zijn verdeeld. Van de elf deelnemers aan de vragenronde stemmen er vier voor een hogere eindklassering, vier voor een gelijke eindklassering en drie man denkt dat het team door het ijs zakt na de reglementswijzigingen.

Moerman: 'Dit vond ik misschien wel de moeilijkste voorspelling om te maken, maar ik ben voor een hogere eindklassering gegaan. Ja, het team oogt op bestuursniveau niet enorm stabiel, en ik had Budkowski niet weggedaan. Toch denk ik dat men met de hulp van Alonso tot een eindproduct kan komen dat het team een hoge eindklassering op gaat leveren - hoger dan de vijfde plek van 2022. Alpine zal mede door het budgetplafond en de windtunnelrestricties dichter bij de topteams zitten, en heeft twee coureurs die kunnen verrassen.'

'Natuurlijk moet er een ander team dat nu hoger geëindigd is voor de bijl gaan wanneer Alpine de vierde plek wil pakken. In mijn ogen zou McLaren hiervoor de primaire kandidaat zijn. Over Ferrari horen we veel goede dingen, en Red Bull Racing en Mercedes laten de dominantie in 2022 denk ik niet varen. Dan blijft er dus maar één renstal over. Ik gun het McLaren zeker, maar voorafgaand aan het seizoen heb ik bij Alpine een beter gevoel. En een zege voor Alonso in het 2022-seizoen? Zelfs daar zou ik mijn geld nog wel op inzetten.'

Eens met de voorspelling? Of juist niet? Laat je beredenering achter in de comments, of praat mee op Twitter!