Mario Isola, chef van F1-bandenleverancier Pirelli, zegt geen
speciale banden meer nodig te hebben voor Zandvoort. Dat was vorig jaar de
verwachting, maar met de robuustere banden van dit jaar is dat niet meer nodig.
Wel blijft het een van de meest veeleisende circuits op de kalender, volgens
Isola. Van de vijf beschikbare bandensoorten neemt Pirelli de drie
hardste mee naar Zandvoort. Deze gaan het langste mee en zijn het beste bestand
tegen klapbanden. ‘We hebben een
ranking van circuits, die het meest veeleisend zijn voor de banden. Laat
ik zeggen dat Zandvoort in de bovenste regionen staat.’ In 2020 was zelfs
even de verwachting dat er speciale banden nodig waren voor het circuit in de
duinen. Dat blijkt dit jaar echter niet het geval: ‘Dit jaar hebben we
robuustere voorbanden en sinds de race op
Silverstone ook een stevigere
constructie van de achterband.’ Dat laatste is in verband met de
klappers van
Max Verstappen en Lance Stroll, tijdens de Grand Prix van
Azerbeidzjan.
Geen andere circuits met kombochten
Zandvoort is niet het meest belastende circuit voor banden;
dat is namelijk het Britse Silverstone. Wel is Zandvoort een unieke uitdaging
voor Pirelli, vanwege de kombochten: ‘We hebben geen andere circuits op de Formule 1-kalender met
banking. Daarom is het circuit ook veeleisend voor de
banden.’ Isola benadrukt echter dat het niveau van belasting niet
ongezien is: ‘Een snelle bocht als Eau Rouge op Spa-Francorchamps is
bijvoorbeeld ook heel zwaar voor een band’, aldus Isola tegen
De Telegraaf.
Pirelli bereidt zich normaal gesproken op een nieuw circuit voor
door een aantal maanden van tevoren de baan te inspecteren. Door de geldende reisrestricties was
dat bij Zandvoort echter geen mogelijkheid, waardoor Pirelli zijn inspecties kort
van tevoren heeft moeten doen. ‘Deze week kunnen we alles alsnog goed
inspecteren.’ In plaats daarvan zijn andere oplossingen gezocht: ‘We hebben simulaties gedaan, verder is
ook voor ons alles nieuw.’