De Grand Prix van Australië 2001 was retrospectief bekeken een bijzondere race. Niet een, maar twee toekomstig wereldkampioenen debuteerden die race, vandaag precies 17 jaar geleden in de Formule 1.
Fernando Alonso stond als 19-jarig talent aan de start voor het team van Minardi. Het kleine Italiaanse team dat die winter was overgenomen door de Australiër Paul Stoddart gaf de Spanjaard al in 1999 een test cadeau als beloning voor het winnen van het Open Fortuna by Nissan-kampioenschap. In 2000 racete Alonso Formule 3000 en won aan het eind van dat seizoen op 18-jarige leeftijd een race. Het was genoeg om Minardi ervan te overtuigen om Alonso een contract voor 2001 te geven.
Alonso had met de PS01 een bolide tot zijn beschikking die noch snel, nog betrouwbaar was. Hij kwalificeerde zich voor de Grand Prix van Australië als 19de voor de Prost-Acer van Gaston Mazzacane, de Jaguar van Luciano Burti en teamgenoot Tarso Marques, die zich niet eens wist te kwalificeren. Alonso finishte de race als twaalfde op twee ronden van winnaar Michael Schumacher. Sinds die race in Australië boekte Fernando Alonso 32 overwinningen in de Formule 1 namens Renault en Ferrari, startte hij 22 keer van pole position, reed hij 23 snelste ronden, stond 97 keer op het podium en werd hij twee keer wereldkampioen. In 2005 en 2006 was de Spanjaard namens Renault de beste van het veld.
Waar het debuut van Fernando Alonso min of meer verwacht werd in Australië 2001, was het debuut van Kimi Raikkonen redelijk verrassend te noemen. Hoe wel de Fin twee jaar ouder is dan zijn Spaanse mede-debutant is zijn weg naar de koningsklasse van de autosport wat minder logisch. De Fin heeft slechts 23 races op zijn naam staan en een titel in het Britse Formule Renault-kampioenschap als hij door Sauber wordt aangetrokken. Raikkonen krijgt slechts een voorlopige superlicentie van de FIA na de belofte van teambaas Peter Sauber dat de Fin snel genoeg zal zijn.
Raikkonen kent in Australië een heel ander debuut dan Fernando Alonso. De Fin kwalificeert zich als dertiende, maar finisht de race na een indrukwekkende wedstrijd als zesde en scoort daarmee direct zijn eerste punt in de Formule 1. Over zijn superlicentie is daarna nooit meer gesproken. Al na een seizoen vertrekt Raikkonen naar McLaren en doet in 2003 en 2005 lang mee om de wereldtitel. Beide keren moet hij genoegen nemen met de tweede plaats in het kampioenschap. In 2007 is het wel raak voor de Fin als hij namens Ferrari optimaal profiteert van het interne teamduel dat uit de hand loopt tussen Fernando Alonso en Lewis Hamilton bij McLaren.
Eind 2009 verlaat Raikkonen de Formule 1 om twee jaar te gaan rallyrijden. In 2012 keert hij bij het team van Lotus terug. Raikkonen mengt zich direct weer in de strijd om de wereldtitel, wat knap is met de duidelijk mindere Lotus. Na twee jaar voor de Britse renstal geracet te hebben waarbij Raikkonen zijn laatste twee Grands Prix (tot op heden) won, stapte hij voor het seizoen 2014 wederom over naar Ferrari waarvoor hij over een kleine vier weken ook aan het seizoen 2018 gaat beginnen. (fotocredit: screenshot YouTube)